De toekomst is groen en de toekomst is elektrisch. De kaarten van de duurzame economie worden op dit moment geschud en een sterk imago met aansluitende strategie gaat helpen om de beste kaarten naar je regio toe te trekken. Rotterdam heeft een nieuwe internationale vlaggenmast nodig om te laten zien wat er in de stad kan en gebeurt in andere sectoren dan de maritieme dienstverlening. In 2000 werd de maritieme expertise in Rotterdam wereldnieuws bij de berging van de Koersk. De noodzaak van de takelklus in diepzee werd getriggerd door een ramp, de huidige behoefte ligt in het moordtempo waarin de wereldeconomie zich omvormt. Lokale furore telt niet in deze internationale power shift. Wij doken dieper in de troefkaarten van Rotterdam om de stad een nieuw imago aan te meten. Een start met de Formule E zou een duidelijk signaal zijn van de route die de stad wil bewandelen de komende jaren.
Door: Stijn van Pelt
Grote uitdagingen
Het schuurt stevig. De grootste haven van Europa in je achtertuin, daar flink aan verdienen en de fossiele industrie toch bij het grofvuil willen zetten. Dat is de situatie waar de stad nu nog in verkeert. Hoe sorteer je voor op een nieuwe industrie die nog in de beginfase zit van haar groeistuip en veelal economisch nog niet kan concurreren met de fossiele industrie? Niet alleen Rotterdam worstelt met deze vraag. De provincie Zuid-Holland stuurde recent een brandbrief naar het kabinet om de economische motor die Zuid-Holland is, aan de praat te houden. Om het artikel te quoten: “…leunt de regionale economie te veel op oude verdienmodellen, is er te weinig geschikt personeel, is de industrie te weinig vernieuwend en profiteren bedrijven te weinig van de deskundigheid van de kennisinstellingen en ook te weinig van elkaars expertise.” Of zoals hoogleraar Rotmans het verwoordde ‘op deze manier gaat het nog 100 jaar langer duren’.
De grootste haven van Europa in je achtertuin, daar flink aan verdienen en de fossiele industrie toch bij het grofvuil willen zetten. Dat is de situatie waar de stad nu nog in verkeert.
De genoemde uitdagingen zijn niet nieuw, maar goed om op het netvlies te hebben. 400.000 extra woningen zijn de komende 20 jaar in heel Zuid-Holland nodig om aan alle woningbehoefte te voldoen. Om dit in perspectief te plaatsen, Rotterdam telt momenteel 325.000 huishoudens. Deze mensen zoeken allemaal werk, vertier en een schappelijke reistijd als we weer een aantal dagen per week naar kantoor zullen hoppen. Deze samenleving willen we in 2050 energieneutraal laten leven, met een minimale CO2-footprint en competitieve economie. Kennisinstellingen moeten in de top van de wereld mee blijven draaien, het kennisniveau van onze maatschappij moet hoog blijven en de gemiddelde koopkracht van burgers mag niet afnemen. Dat een groot deel van de beroepsbevolking op dit moment geen geschikte opleiding heeft voor het werk dat wordt gevraagd, schetst de enorme opgave die gevraagd wordt.
Rotterdam heeft reeds 50 miljoen euro opzij gezet om inwoners klaar te stomen voor een baan in de zorg, techniek of het onderwijs. In een pre-corona rapport van McKinsey komen dezelfde sectoren naar voren als de sectoren waar nog groei in (Europese) banen verwacht mag worden richting 2030. Initiatieven die qua aandacht zullen groeien zijn klimaatadaptatie, grootschalige bouw en infrastructurele projecten in het verlengde daarvan, ontwikkeling van technologie en duurzame energie. Geen van allen sectoren die al volwassen zijn of in Rotterdam een nadrukkelijke stempel op de arbeidsmarkt drukken. Daar tegenover staan de bedreigde baansoorten waar Forbes een jaar geleden al mee kwam. De oplettende lezer ziet ambachten die vaak voorkomen in onze regio zoals lange afstandschauffeurs, magazijnmedewerkers, verzekeringsmedewerkers, fast food-diensten, bezorgdiensten. De onderzoekers schrijven dat “alle banen met een repetitief karakter” mogelijk op de tocht komen te staan. Genoeg te vrezen dus, maar ook een hoop te winnen. Tijd voor actie.
Kampioenen van morgen zijn lastig te voorspellen, de industrieën waarin zij actief zullen zijn niet.
Kampioenen van morgen zijn lastig te voorspellen, de industrieën waarin zij actief zullen zijn niet. En ondanks de slogan ‘make it happen’, kun je juist van die groeiende industrieën nog niet zeggen dat Nederland, laat staan de hele wereld, Rotterdam als eerste opnoemt als de plek waar het gebeurt. Andere steden waar veel interessante ontwikkelingen plaatsvinden hebben dat overigens ook niet. Daar ligt een kans. Bijna niemand weet dat in Hull (VK) de grootste waterstoffabriek ter wereld wordt gebouwd om Groot-Brittannië te helpen in de race naar nul emissies. Dat er in de Duitse Bremerhaven 9 miljard euro klaar ligt om schone energie een zetje te geven is ook geen Zoompraat in het Rotterdamse. In eigen land zet de Groningse Eemshaven grote stappen de goede richting in en bedrijven als het Arnhemse HYet Solar – onbekend als hardgroeiende producent van zonnefolie – hebben de meeste Rotterdammers ook nog niet in het vizier als potentiële vaandeldrager van de nieuwe economie.
De troefkaarten van Rotterdam
Wie door de dagelijkse coronawisselkoersen heen kijkt, ziet dat thema’s als mobiliteit, de groene stad in de breedste zin, duurzame energie en circulaire (voedsel)productie de maat aan gaan geven van de mondiale economie na de pandemie. Met daarin een digitale rode draad die internationale kennis over de onderwerpen aan elkaar rijgt. Als je het ons, vraagt liggen thema’s als mobiliteit en transport, duurzame energieopwekking en bouwtechniek het dichtst bij de Rotterdamse volksaard. Ontwikkeling en omvorming van de lokale economie zou over deze drie assen gelegd moeten worden. En niet onbelangrijk, alle marketinginzet moet afgestemd worden om het imago van de stad op te bouwen dat het hier gebeurt als het over die onderwerpen gaat.
Ook in onze Maasstad is men zich ervan bewust dat de versplintering van initiatieven het potentieel geen goed doen. Je kunt het Songfestival natuurlijk wel rond duurzaamheid proberen te boetseren, maar een natuurlijke match is dat niet. Culturele jongerenstad of de start van de Tour de France zijn geweldige evenementen, maar qua onderliggende communicatiewaarde draagt het weinig bij aan de economische boodschap van de stad. Het is een shot toeristische doping die na de economische high je waarschijnlijk met een leeg gevoel achterlaat. Voor een duidelijke vertaling van ambtelijke doelstellingen heb je een spraakmakend fenomeen nodig met terugkerend karakter als logisch verlengstuk op het nieuwe verhaal van Rotterdam. Kijkend naar de thema’s mobiliteit en energietransitie is de Formule E meer nog dan een jaar geleden toen wij er over schreven de ideale manier om dat verhaal te vertellen.
Starten met Formule E
Het is geen toeval dat we het e-racen weer eens aanhalen. In de wandelgangen gaan sterke geruchten dat men op het Londense hoofdkantoor van de Formule E gecharmeerd is geraakt van Rotterdam. Van de skyline als prachtig decor, en de historie met City Racing, waardoor er ervaring is met stadsraces. Maar vooral vanwege de koppeling met de economische transitie van fossiele industrie naar elektrisch.
Het Rotterdamse MKB dat actief is in de energie- en mobilteitsbranche heeft de krachten gebundeld om financiële hordes weg te nemen voor de gemeente. Grote multinationals staan te trappelen om de Rotterdamse editie te omarmen. De snelstgroeiende motorsport ter wereld heeft met name in Nederland nog aan populariteit te winnen. Daarbuiten staan meerdere grote Europese steden in de startblokken om de vrijgekomen plek van Hong Kong op te gaan vullen. Nu Duitsland bij monde van Volkswagen claimt Tesla op korte termijn te overstijgen in technologie en productieaantallen valt te raden vanuit welke hoek de sterkste concurrentie komt. Niet alleen Rotterdam wil zich graag profileren.
Met alle economische verandering op komst is er na de initiële afwijzing een nieuwe kans voor Rotterdam om in te stappen. Voor een verkenning welteverstaan, waarbij de organisatie van de Formule E kan inventariseren of alle omstandigheden aanwezig zijn om een mooie race neer te zetten. De financiën lijken voor de verandering geen dealbreaker te zijn. Juist de sterk groeiende windmolenbranche, energiebedrijven en multinationals op zoek naar nieuw imago geven informeel te kennen dat als de Formule E groen licht krijgt, zij graag mee willen doen. En niet alleen vanwege het racen.
Berlijn geldt als lichtend voorbeeld. Met het Greentech Festival als evenement om jongeren te enthousiasmeren voor een baan in de duurzame (elektro)techniek is de educatieve kant geborgd. In Rotterdam zullen met name het Scheepvaart Transportcollege en de RDM Campus hier een prominente rol kunnen vervullen. Tevens heeft het Berlijnse Solar City er mede voor gezorgd dat Tesla er een Giga Factory aan het bouwen in. Door de ruimte voor ontmoeting en expositie, heeft het evenement ook zijn waarde in deals en partnerships voor partijen die in Rotterdam willen beginnen of juist door willen groeien. Een soort CHIO maar dan met elektrische paardenkracht.
Wethouder Kasmi heeft de mogelijkheid om de zwaar getroffen (nacht)cultuur een jaarlijks terugkerend ‘festival’ te gunnen. Aziz Yagoub kan zijn ideeën voor Electric City weer van stal halen, de ambities van de Mobility Campus in Merwe Vierhavens krijgen ineens een gezicht en wethouder Kathmann, Wybenga en Bonte hebben legio mogelijkheden om de duurzaamheid, werkgelegenheid en het imago van de stad op te poetsen. Door de race niet te zien als een sportevent, maar met name als een mondiaal techevent, ontstaat de geschikte marketingparaplu voor de stad. De contouren van een nieuw imago doemen op. Nu nog beginnen.
Ook wat te vertellen?